Er is zoveel kennis in huis bij de ZOOOM-leden. Zo weet collega-zzp’er Adri Frijters van A3-Arbeidsveiligheidsadvisering alles over arbeidsomstandigheden. Hij deelt dat graag met ons. Wil je na het lezen meer informatie? Bel 06 – 12 10 43 04 of mail adri@a3-a.nl. Hij geeft je graag uitleg.
Voor Ondernemers zonder personeel is nagenoeg de gehele Arbowet van toepassing. De uitzonderingen, waarin de wet niet van toepassing is, zijn zo ondergeschikt dat het geen effect heeft op de uitvoering van de werkzaamheden.
De voordelen van het volgen van de wet zijn voor de zzp’er en zijn veiligheid en gezondheid
positief, dit afgezet tegen het niet volgen van de wet.
Wat we ons moeten realiseren is dat de wet en de daaruit voortvloeiende bepalingen alsmede de afspraken in de diverse Arbocatalogi bedoeld zijn om met zo min mogelijk schade aan de gezondheid oud te worden en zo lang mogelijk gezond aan het werk te blijven.
Zeker voor een zzp’er is dit van belang omdat het niet kunnen werken direct gevolgen heeft voor het inkomen.
De bepalingen in de wet zijn met ten gevolge van de vele verwijzingen lastig te doorgronden. Hieronder is zo goed mogelijk getracht een compacte en leesbare vertaling van de wet te maken. De Inspectie SZW heeft een brochure die iets minder compact beschrijft waar de zzp’er rekening mee moet houden. Wilt u zelf uitzoeken hoe het zit, dan is uw startpunt artikel 9.5 van het Arbobesluit.
1) Wie is ZZP’er?
De Arbowet geeft een andere uitleg aan de begrippen ‘zzp’er’ en ‘werkgever’ dan de overige wetgeving en regelgeving waar we mee te maken hebben. In de Arbowet wordt de onderstaande definitie gehanteerd;
Een zzp’er is binnen de regelingen van de Arbowet een persoon die geheel zelfstandig
werkzaamheden verricht. De zzp’er heeft een resultaatverplichting, bepaalt zelf de inzet van het materieel
(gereedschap, klimgereedschap en hulpmiddelen) en de materiaalkeus.
Zodra er aanwijzingen gegeven worden die de uitvoering van het werk aangaan, of niet wordt voldaan aan eerdergenoemde voorwaarden is er sprake van een werkgever met een werknemer, de zelfstandige is dan voor de wet een medewerker. Voor bijvoorbeeld de bouw maar ook in nadere sectoren wordt de materiaalkeus, de keus voor het gereedschap en de werkwijze vaak bepaald door de opdrachtgever.
De werkgever geeft de aanwijzingen en de werknemer krijgt de aanwijzingen. Deze zzp’er heeft bovendien veelal geen resultaatverplichting maar een inspanningsverplichting. Twee of meer zzp’ers die een ‘klus klaren’ moeten afstemmen en afspraken maken. Die afspraken gaan ook over de uitvoering van de werkzaamheden. Daarmee is de zzp’ er die leidend is bij het maken van de afspraken de werkgever voor de overige zzp’ers op die klus die voor de Arbowet de rol van werknemer hebben.
2) Waaraan moet een ZZP’er zich houden?
Een zzp’er die geheel alleen werkt zonder andere werknemer in zijn omgeving hoeft zich niet aan alle regels te houden. Een zzp’er die op een klus zit waar ook anderen aan het werk zijn, dat kunnen ook zzp’ers zijn, moet zich aan nagenoeg alle wettelijke regels houden, hieronder vallen ook de afspraken die zijn vastgelegd in de Arbocatalogus.
De regels die bedoeld zijn om via de organisatorische maatregelen de veiligheid en gezondheid te regelen gelden niet voor een zzp’er. enk hierbij aan de verplichte RI&E en het maken van taakrisicoanalyses.
De reden dat alle regels die direct gevaren beperken van toepassing zijn, is dat deze regels en afspraken zijn bedoeld om hem en anderen te beschermen tegen de gevaren voortvloeiend uit het werk. zzp’ers die geheel alleen op een klus zitten mogen geen regels overtreden waarmee anderen in gevaar kunnen worden gebracht, ook mogen geen regels worden overtreden die ernstige risico’s betreffen.
zzp’ers die aanwijzingen opvolgen worden gezien als werknemer van diegene die de aanwijzingen geeft. In dat geval geldt de gehele Arbowet met alle besluiten alsmede de Arbocatalogus.
3) Gebruik van arbeidsmiddelen
Arbeidsmiddelen waarmee gewerkt wordt moeten, ook bij gebruik door een zzp’er aan alle eisen voldoen, bij het werken moeten alle voorschriften worden gevolgd en alle beveiligingsmaatregelen moeten worden toegepast. De machines en gereedschappen moet volgens de handleiding worden gebruikt en onderhouden.
Gebruikt de zzp’er een arbeidsmiddel dat ter beschikking wordt gesteld, geleend of gehuurd dan is hij op het moment van gebruik verantwoordelijk voor de technische staat van dat middel. Dat betekent dat als bijvoorbeeld een vervoersmiddel, een steiger of rolsteiger gebreken vertoond de zzp’er daarop wordt aangesproken en de boete krijgt.
4) Voorbeelden
Maatregelen die veiligheid direct bevorderen zijn voor alle zzp’ers van toepassing. Bij het werken op hoogte is er sprake van een direct gevaar voor de zzp’er of zijn omgeving. De zzp’er, ongeacht of hij alleen op de werkplek aanwezig is of dat er ook anderen zijn, moet zich bij veiligheid aan dezelfde regels houden als een werknemer. Dus ook hij mag alleen in uitzondering werken op een ladder. Ook hij mag niet zonder randbeveiliging een rolsteiger
opbouwen of werken op een rolsteiger dat niet is opgebouwd zoals de handleiding beschrijft. Ten aanzien van asbest is het van belang te weten dat ook een zzp’er geen asbest mag bewerken of verwijderen. Persoonlijke beschermingsmiddelen die beschermen tegen gevaarlijke stoffen en kankerverwekkende stoffen zoals kwarts, houtstof of asbest moeten verplicht gebruikt worden. Het kan dan gaan om PBM zoals adembescherming, brillen, schoenen, handschoenen of kleding.
Bepaling met betrekking ergonomie (fysiek zwaar werk) en bescherming tegen lawaai zijn alleen van toepassing indien in een omgeving wordt gewerkt waar anderen ook werkzaam zijn. Indien de zzp’er zonder anderen in zijn omgeving aan het werk is en niet werkt op aanwijzing van anderen is er de keus om zichzelf al dan niet te beschermen.
De zzp’er moet altijd gevaar voor derden voorkomen. Denk dan aan geraakt worden door materialen of materieel. Denk ook aan het werken op hoogte en vallende materialen of voorwerpen. Dit heeft bijvoorbeeld consequenties voor het werken op hoogte maar ook voor het werken met gevaarlijke stoffen.