Gedicht: De 1-pitter door de bocht – door Erik Thuis

De ZZP’er is net
Als een coureur
Op een drukke snelweg
Altijd alert en scherp
Goed naar voren kijken
Wat er gebeurt
Maar ook naar achteren
Of alles nog goed gaat
Je moet op snelheid blijven
Er wordt ook van je verwacht dat je accelereert
Maar soms is er geen doorkomen aan
Dan is er teveel en sta je vast
De nacht kan dan ook verhelderend werken
De ruimte en stiekem niemand die op je let
Bij regen moet je het droog zien te houden
En bij ijzel is het ieder voor zich waar je toch afhankelijk bent van anderen
Bij aandacht druk je op de claxon
En soms is een beetje bumperkleven toegestaan
Dan moet er een beetje geheuwd worden
Daar is vaak de glimlach
Het ultieme redmiddel
Bij het ritsen komt iedereen samen
Coulant zijn om iemand voor te laten gaan
Maar als je dat altijd doet dan blijf je stilstaan
Maar ook als je net afgesneden wordt
Een opdracht mist
Is daar woede op zijn plaats
Een bocht moet je soms scherp nemen
Zorgen dat je er niet uit vliegt
Terwijl de andere bocht ruimer is en wat meer tijd geeft
Waar de ruimte is wil je inhalen
Soms met wat meer gas
Wordt je teruggefloten
Met een boete op je mat
Maar al met al moet de motor blijven draaien
Brandstof moet erin
En dat kost geld